Elke laatste week van september vieren we de Week van het Hart. Tijdens die week zijn er extra veel informatiecampagnes rond hart- en vaatziekten en plots hartfalen, voor de pers en voor het grote publiek. Is dat nodig, vraagt u? Ja hoor, het is zelfs van levensbelang. Bekijk maar even de volgende feiten. Jaarlijks sterven in België 10.000 à 15.000 personen aan een plots hartfalen, dat zijn zo’n 30 mensen per dag. Meer dan alle slachtoffers van aids, borstkanker en longkanker samen. In België ligt de overlevingskans na plots hartfalen onder de 10%.
Voorkomen is beter dan genezen
Wat kunnen we hieraan doen? Ten eerste: iedereen beter bewust maken van de risico’s. Een plots hartfalen kan iedereen overkomen, op elk moment. Toch zijn er enkele risicofactoren die de kans verhogen. Zo stijgt de kans aanzienlijk vanaf 40 jaar. Maar ook een ongezonde levensstijl zorgt voor een hoger risico. Niet roken, voldoende lichaamsbeweging voorzien en een hoge bloeddruk en cholesterolspiegel vermijden is dus de boodschap. Hoewel een plots hartfalen uit het niets kan opduiken, zijn heel wat gevallen verbonden aan een voorafgaande hartaanval. Het goede nieuws is dat die symptomen wél te herkennen zijn. De Belgische Cardiologische Liga wijdt dit jaar de campagne voor Week van het Hart volledig aan het herkennen van de symptomen van een beroerte:
Eerste zes minuten zijn cruciaal
Naast het voorkomen van hartproblemen en het herkennen van mogelijke symptomen is gepast en vooral snel ingrijpen uiterst belangrijk. De gevolgen van een plots hartfalen op langere termijn hangen immers vooral af van hoe snel het slachtoffer hulp kreeg. Bij elke minuut die voorbijgaat zonder hartmassage of externe schok door een AED, daalt de overlevingskans met 10%. De eerste 6 minuten zijn cruciaal, na die tijd is de kans op overlijden of aanzienlijk letsel heel groot. Snel 112 bellen, starten met reanimatie en een AED inschakelen blijven de 3 gouden regels.
Overlevingskans stijgt per extra defibrillator in de buurt
Snel reageren is nodig om de overlevingskansen te verhogen. Een AED (defibrillator) in de buurt is daarbij cruciaal. In Nederland heb je bijvoorbeeld drie keer meer kans om een hartfalen te kunnen navertellen, simpelweg omdat er meer AED’s beschikbaar zijn.
Angst om een AED verkeerd te gebruiken is overigens een ongegronde vrees. De toestellen zijn zo ontworpen zodat iedereen ze kan gebruiken. Het toestel begeleidt de gebruiker doorheen de hele reanimatie en het is onmogelijk iets verkeerd te doen. Als een schok noodzakelijk is, dan zal de AED die ook toedienen. Het is onmogelijk een schok toe te dienen als dat niet nodig is. De enige drempel die je als hulpverlener moet overwinnen, is het toestel uit de wandkast halen en de elektroden bevestigen op het slachtoffer.
“Vier” je mee?
Ben je intussen overtuigd dat de Week van het Hart meer dan nodig is? En wil je zelf een steentje bijdragen om België hartveiliger te maken? Schrijf je dan in voor een EHBO-opleiding of ijver voor een AED aan de buitenmuur van je organisatie.