Komende zondag is het Internationale Vrouwendag, een dag waarop we extra aandacht hebben voor de rechten en de belangen van de vrouw. Een ideaal moment, vinden wij, om de aandacht te vestigen op één specifiek recht van de vrouw: het recht om evenveel kans te maken op overleven.
Bij het gebruik van een AED op vrouwelijke slachtoffers heersen nog veel twijfels en misverstanden. Om de overlevingskansen van vrouwen te verhogen, gaan we graag dieper in op de meest gestelde vragen. Die zijn:
1. Moet de BH uitgedaan worden bij gebruik van de AED?
Antwoord: JA. Wie nog wat onthouden heeft uit de lessen fysica, weet wellicht dat stroom de weg volgt van de minste weerstand. Aangezien de beugel van een BH mogelijk metaal bevat, is dat de meest voor de hand liggende bestemming voor de stroom bij een eventuele schok van je AED. Zo gaat een groot deel van de voor de patiënt bedoelde stroom verloren.
Bovendien zijn er nog praktische redenen om de BH te verwijderen. Ten eerste kan die behoorlijk in de weg zitten voor het plaatsen van de pads. Ten tweede kunnen de haakjes aan rugzijde zorgen voor verwondingen tijdens het reanimeren.
2. Mogen de AED pads op de borsten gekleefd worden?
Antwoord: NEE. Als de elektrode over een tepel kleeft, kan dit brandwonden veroorzaken. De wet van de minste weerstand geldt ook hier: de weerstand is veel groter als de stroom door de borst moet gaan en dus verlaagt de efficiëntie van de defibrillatie. Bij plaatsing van de pads op siliconen borsten daalt die efficiëntie nog veel verder. Gelukkig gebeurt dit vrij weinig. Wie de afbeeldingen op de elektroden volgt, kleeft de pads automatisch zoals het hoort.
3. Hebben vrouwen minder stroom nodig?
Antwoord: NIET NOODZAKELIJK. De hoeveelheid stroom die nodig is, wordt niet bepaald door het geslacht van de patiënt, maar door de impedantie (doordringbaarheid) van de borstkas. Daar heeft ook gewicht weinig invloed op. Bovendien bepaalt je AED automatisch welke dosis nodig is.
4. Zijn de overlevingskansen bij mannen en vrouwen even groot?
Antwoord: NEEN. Uit onderzoek van de universiteit van Amsterdam vorig jaar is gebleken dat slechts 12,5% van de vrouwen die werden behandeld met een defibrillator, uiteindelijk levend het ziekenhuis zou verlaten. Bij mannen ligt dat percentage bijna dubbel zo hoog.
Dit zou te wijten zijn aan het zogeheten ‘schokbaar beginritme’. Als je onmiddellijk start met de reanimatie is de kans groter dat er een schokbaar ritme is op het moment dat de AED aangesloten is.
Vrouwen worden daarnaast ook minder vaak en minder snel gereanimeerd dan mannen. Ten eerste zouden de omstaanders de symptomen bij vrouwen – duizeligheid, braken, pijn aan hun nek, misselijkheid, extreme vermoeidheid, kortademigheid – minder snel interpreteren als een mogelijk hartfalen. Ten tweede voelen mensen zich vaker geremd om vrouwen te reanimeren, omdat zij fragieler ogen en vaak ook omdat men bang is om de borsten aan te raken. Maar wees gerust: als een vrouw dankzij jouw ingrijpen een hartfalen overleeft, zal ze je heus niet verwijten dat je haar rib hebt gebroken of ontkleed hebt om pads te kleven..
5. Moeten we één ding onthouden?
Antwoord: JA: altijd meteen reageren. Nu je weet waarop je moet letten, weet je ook hoe belangrijk het is om meteen in te grijpen en eventuele schroom te overwinnen. Zo krijgen we, met de volgende Vrouwendag in zicht, misschien ook hier de discriminatie weggewerkt!
Bekijk hier onze AED toestellen en ons aanbod aan EHBO opleidingen op maat voor bedrijven.